القائمة
De Groupen
39.21. Hebt gij niet gezien, dat Allah water van de hemel nederzendt en het in de aarde doet binnendringen tot (het vormen van) bronnen? Ook worden er oogsten voortgebracht, die in hun kleuren variëren. Daarna drogen deze uit en gij ziet ze geel worden, dan doet Hij ze in stukken breken. Voorwaar daarin is een les voor de mensen van begrip.
39.22. Hij wiens hart Allah voor de Islam heeft verruimd, is in het licht van zijn Heer. Wee dan degenen, wier hart verhard is bij de gedachtenis aan Allah! Waarlijk, zij verkeren klaarblijkelijk in dwaling.
39.23. Allah heeft de beste verkondiging geopenbaard, een Boek (de Koran), overeenkomstig met zichzelf, vaak herhalend (vermaningen) waarbij de huid van hen die hun Heer vrezen ineenkrimpt, daarna ontspant zich hun huid en hun hart wordt zacht bij de gedachte aan Allah. Dit is de leiding van Allah, Hij leidt daarmee wie Hij wil. En wie Allah laat dwalen, zal geen leider hebben.
39."24. Is (deze beter) die voor zijn persoon bescherming zoekt op de Dag der Opstanding voor de vreselijke straf? - terwijl tot de onrechtvaardigen zal worden gezegd: ""Ondergaat (nu) wat gij verdiendet."""
39.25. Ook degenen die vóór hen waren, verloochenden, daarom kwam de straf over hen zonder dat zij bemerkten van waar.
39.26. En Allah vernederde hen in het leven dezer wereld, doch de straf van het Hiernamaals zal zeker groter zijn. Als zij slechts wisten!
39.27. En voorzeker, Wij hebben allerlei gelijkenissen voor de mensen in deze Koran vermeld, opdat zij er lering uit trekken.
39.28. Dit is een duidelijke verkondiging zonder afwijking opdat men godvruchtig moge worden.
39.29. Allah geeft een gelijkenis, een man die aan meer aanspraak-hebbenden toebehoort, die het met elkander oneens zijn, en een man die geheel aan één man toebehoort. Zijn zij beiden in dezelfde toestand? Alle roem behoort aan Allah. Maar de meesten onder hen begrijpen dit niet.
39.30. Waarlijk gij zult sterven en zij zullen ook sterven.
39.31. Dan zult gij op de Dag der Opstanding met elkander redetwisten in het bijzijn van uw Heer.
39.32. Wie is onrechtvaardiger dan hij, die een leugen over Allah verzint of de Waarheid verloochent wanneer zij tot hem komt? Is er voor de ongelovigen geen plaats in de hel?
39.33. En hij die de Waarheid brengt of deze bevestigt - dezen zijn de godvruchtigen.
39.34. Zij zullen van hun Heer ontvangen wat zij begeren, dat is de beloning dergenen die goed doen.
39.35. Allah zal het slechtste wat zij deden van hen verwijderen en hun het loon geven beter dan hetgeen zij verdienden.
39.36. Is Allah niet toereikend voor Zijn dienaar? En zij trachten u te doen vrezen voor hen (de afgoden) die buiten Allah zijn. Voor hem die Allah laat dwalen is er geen leider.
39.37. En wie Allah leidt zal niemand kunnen doen afdwalen. Is Allah niet Machtig, de Heer der Vergelding?
39."38. Indien gij hun vraagt: ""Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen?"", zullen zij voorzeker antwoorden: ""Allah"". Zeg: ""Vertelt mij (dan) wat gij naast Allah aanroept, kunnen zij, indien Allah mij zou willen benadelen, Zijn schade verwijderen? Of als Hij mij barmhartigheid wil tonen, kunnen zij Zijn barmhartigheid dan tegenhouden?"" Zeg: ""Allah is mij voldoende. In Hem zullen de vertrouwenden hun vertrouwen stellen."""
39."39. Zeg: ""O, mijn volk, handel op uw plaats, ik ben ook werkzaam, maar weldra zult gij weten"
39."40. Tot wie de vernederende kastijding komt en op wie de blijvende straf nederdaalt."""
ابحث في القرآن
الذهاب الى السور
الذهاب الى الآيات